Kabinet stuit op weerstand in Eerste Kamer bij onderwijsbezuinigingen
Kabinet Schoof gaat een stevige dobber krijgen aan de Eerste Kamer, zo werd duidelijk tijdens de algemene politieke beschouwingen in de Senaat. Allereerst bleek dat de door de PVV zo vurig gewenste noodwet om de instroom van asielzoekers te beperken niet op voldoende steun van oppositiepartijen kan rekenen, die een meerderheid hebben in de Eerste Kamer.
Daarnaast stuit het kabinet op verzet wegens de enorme onderwijsbezuinigingen. Premier Schoof verdedigde deze bezuinigingen door te wijzen op de noodzaak om de overheidsfinanciën gezond te houden. Bovendien werd beloofd dat de minister van OCW, Eppo Bruins, de bezuinigingen zorgvuldig en in goed overleg zal doorvoeren.
Heilloze paden en amputaties in Eerste Kamer
D66-senator Paul van Meenen, jarenlang onderwijswoordvoerder in de Tweede Kamer, noemde de bezuinigingen van 1,8 miljard euro “oliedom en onbetrouwbaar.” Hij benadrukte dat het kabinet eenzijdig langjarige afspraken verbreekt die vorige kabinetten hebben gemaakt. “Keer daarom terug van dit heilloze pad en keer uw rug niet naar de toekomst,” zo riep Van Meenen het kabinet op. “Als u het dan om die reden niet doet, doe het dan voor onze economie. Alle adviesorganen zeggen: doe het niet, onderwijs en innovatie zijn onze toekomst.”
Ook GroenLinks-PvdA-senator Paul Rosenmöller uitte zijn zorgen. Hij wees erop dat eerdere investeringen in onderwijs juist bedoeld waren om een achterstand in te lopen. “Dan is het toch onverstandig om een stuk van dat been dat je net hebt bijgetrokken, weer te amputeren?,” vroeg hij retorisch aan VVD-senator Schippers.
Uitgaven zijn laatste zeven jaar gigantisch gestegen
VVD-senator Schippers deed wat ook coalitiepartijen en ministers van kabinet Schoof voortdurend doen: wijzen op investeringen die de afgelopen jaren zijn gedaan. “Als je kijkt naar kennis en onderwijs, zie je dat de uitgaven in de laatste zeven jaar gigantisch gestegen zijn. Daarin is enorm geïnvesteerd. Bij de start van Rutte IV is daar nog een enorme schep bovenop gedaan van 4,7 miljard.”
Schippers erkende dat het huidige kabinet een deel van deze investeringen terugdraait, maar benadrukte dat er dan nog steeds sprake is van een netto toename. “Dit kabinet haalt van de 4,7 miljard wat weg, maar nog steeds blijft er ten opzichte van die start 2,9 miljard extra over aan investeringen in onderwijs en in kennis.” Voor het hoger onderwijs betekenen de bezuinigingen wel een volledig terugdraaien van de investeringen die kabinet Rutte IV deed nadat bleek dat er sprake was van structurele onderfinanciering.
Huidige niveau niet mogelijk zonder internationale studenten
VVD-senator Schippers uitte zelf haar zorgen over de bezuinigingen op internationale studenten. Die zijn wel degelijk nodig voor de kwaliteit van het Nederlandse hoger onderwijs, zei ze. “Het aantal studenten uit het buitenland is ontzettend gegroeid. Ons onderwijs zou niet van het huidige niveau en de huidige diversiteit zijn zonder studenten uit het buitenland. Internationale uitwisseling en verbanden zijn cruciaal voor een land als Nederland.”
Tegelijkertijd wees Schippers op de uitdagingen die de toename van internationale studenten met zich meebrengt. “We moeten ook constateren dat veel van deze studenten niet al te lang na hun studie ons land verlaten. Daarnaast kan onze infrastructuur het simpelweg niet aan. Er is niet genoeg huisvesting en de collegezalen lopen over”, aldus Schippers.
Ze pleitte daarom voor een evenwichtige aanpak. “Internationalisering is een levensader voor Nederland, dus gooi het kind niet met het badwater weg, maar herstel in goed overleg met de onderwijsinstellingen de balans, en voer beleid om afgestudeerden die we nodig hebben langer hier te houden.”
Steun en kritiek in Eerste Kamer
BBB-senator Lagas van de grootste fractie in het Senaat toonde zich kritischer over de onderwijsuitgaven, en stelde dat er best bezuinigd kon worden – bijvoorbeeld op kleine studies, zo verdedigde ze de bezuinigingen aan D66. “Wij zorgen dat de financiering van het onderwijs op die manier gedaan wordt dat het basisprincipe van het onderwijs overeind blijft staan en de franje eraf gaat. U weet net zo goed als ik dat er ook studies zijn op de universiteiten waar drie studenten rondlopen. We moeten goed en kritisch naar de kosten van het onderwijs kijken.”
JA21, belangrijk voor een meerderheid in de Eerste Kamer, noemde de bezuinigingen echter “onacceptabel”. Annabel Nanninga stelde dat de bezuinigingen op onderwijs het gevolg zijn van “ondoordachte gratis-bier-beloftes” van drie van de vier regeringspartijen. “Dat moet dan maar ten koste gaan van ons onderwijs, terwijl de miljardentombola voor het klimaat vrijwel ongemoeid wordt gelaten. Dit is onacceptabel voor JA21. Wij willen deze bezuiniging van tafel.”
Studenten worden de dupe
De PvdD richtte zich specifiek op de gevolgen voor studenten. Senator Nicolaï hekelde de invoering van de langstudeerboete van 3000 euro extra collegegeld voor studenten die meer dan een jaar uitlopen. “Vooral studenten die het al moeilijk hebben, worden de dupe”, stelde hij. “De kloof tussen rijke en arme studenten, tussen gezonde en zieke studenten, zal alleen maar groter worden.”
Tegenover de vele kritiek van de oppositie stond de verdediging van het kabinet door minister-president Dick Schoof. Hij benadrukte dat er scherpe keuzes nodig zijn om de overheidsfinanciën gezond te houden. Zelfs Schoof wees achteruit: het vorige kabinet heeft structureel 4,7 miljard geïnvesteerd in onderwijs, en het huidige kabinet wil daarvan niet alles schrappen. “Zo blijven de investeringen in leraren, het Masterplan basisvaardigheden voor het funderend onderwijs en het mbo en de sectorplannen in de wetenschap in stand, en blijft de basisbeurs voor studenten in het vervolgonderwijs uiteraard bestaan.”
We kondigen de bezuinigingen op tijd aan
Schoof benadrukte dat de bezuinigingen zorgvuldig worden vormgegeven, in overleg met onderwijsinstellingen, leraren en studenten. “We proberen zo veel mogelijk te voorkomen dat we de betrokkenen verrassen en we kondigen de bezuinigingen op tijd aan om de benodigde veranderingen mogelijk te maken”, stelde hij. Daar denkt koepelorganisatie UNL, die onprettig verrast was over de korte termijn waarop de bezuinigingen ingaan, anders over.
De premier erkende dat de bezuinigingen pijnlijk zijn, maar zei dat het kabinet probeert “dit zo zorgvuldig mogelijk te doen in het kader van goed bestuur.”
Die uitspraak schoot bij D66’er Van Meenen in het verkeerde keelgat. “Dit is slecht bestuur”, reageerde hij fel. “Je maakt afspraken met instellingen en docenten en je maakt afspraken over de aanstellingen van mensen. Daar trekt dit kabinet in één keer het vloerkleed onder vandaan.” Van Meenen wees op de langetermijngevolgen voor onderwijsinstellingen en vroeg de premier nogmaals met klem: “Doe het niet, alstublieft.”
Moties Eerste Kamer (nog) niet aangenomen
De D66-senator diende aan het slot van het debat een motie in waarin werd opgeroepen om de bezuinigingen op onderwijs terug te draaien, maar leek er net geen meerderheid voor te krijgen. Daarom werd deze aangehouden, in de hoop dat het CDA of de SGP op een later moment wel voor deze motie zullen stemmen.
PvdD-senator Koffeman hield zijn motie om de langstudeerboete terug te draaien niet aan. Hij kreeg geen meerderheid: de SGP, het CDA, de PVV, de VVD, JA21, de ChristenUnie, BBB en 50PLUS stemden tegen.
The post Kabinet stuit op weerstand in Eerste Kamer bij onderwijsbezuinigingen first appeared on ScienceGuide.
Het bericht Kabinet stuit op weerstand in Eerste Kamer bij onderwijsbezuinigingen verscheen eerst op ScienceGuide.