Normal view

There are new articles available, click to refresh the page.
Before yesterdayMain stream

Positieve financiële prestatieprikkels voor studenten bevorderen studiesucces

16 August 2024 at 11:49

Het onderzoek werd eind juli gepubliceerd in Educational Research Review. Voor het onderzoek analyseerde Lintner zowel gepubliceerde als ongepubliceerde data uit de Verenigde Staten, Canada en verschillende Europese landen, met in totaal 20.000 studenten. Alle studies waren gerandomiseerde experimenten waarbij studenten willekeurig werden ingedeeld in een groep die wel of geen financiële prikkel kon verdienen. Dit type onderzoek levert volgens de onderzoeker de sterkst mogelijke bewijskracht voor een oorzakelijk verband.

Positieve financiële prikkels werken

Lintner onderzocht het effect van prestatiegebonden financiële prikkels op drie belangrijke uitkomstmaten: het aantal behaalde studiepunten, het gemiddelde cijfer en de scores op tentamens. Voor alle drie de maten vond hij een positief effect. Studenten die een financiële beloning konden verdienen door goed te presteren, behaalden gemiddeld 2,3 ECTS-punten meer in een jaar dan studenten zonder zo’n prikkel. Ook was hun gemiddelde cijfer 0,041 punt hoger op een schaal van nul tot vier. Bij tentamens die specifiek gekoppeld waren aan een financiële prikkel, was het effect nog sterker.

De financiële prikkels in de verschillende studies die Lintner onderzocht, varieerden van 100 euro per vak waarin een student een bepaald cijfer behaalde, tot grotere bedragen zoals 1800 euro per semester. Ook waren er nog hogere bedragen van 5000 euro voor de beste studenten in een groep.

Ook waren er twee Nederlandse studies opgenomen in het onderzoek. Een studie werd uitgevoerd onder eerstejaarsstudenten Economie en Bedrijfskunde aan de Universiteit van Amsterdam (2001-2002). Één groep kon 227 euro verdienen als ze 60 studiepunten behaalden in het eerste jaar (voltijds studielast). Een andere groep kon 681 euro verdienen voor dezelfde prestatie. Een andere Amsterdamse studie uit 2011 ging over een specifiek vak waarbij studenten tussen de 1000 en 5000 euro konden verdienen.

Eerstegeneratiestudenten worden niet getroffen

De Tsjechische onderzoeker was ook geïnteresseerd in mogelijke verschillen tussen subgroepen studenten. Verrassend genoeg vond hij geen significante verschillen in de effectiviteit van de prikkels tussen mannen en vrouwen, of tussen eerstegeneratiestudenten en studenten met hoger opgeleide ouders. Wel waren er aanwijzingen dat de prikkels anders uitpakten voor studenten met hogere en lagere eindexamencijfers. Bij regelingen waarbij maar een beperkt aantal studenten de beloning kon krijgen, profiteerden vooral de betere studenten. Dit suggereert dat competitieve beloningssystemen de kloof tussen hoog- en laagpresteerders kunnen vergroten.

Een opvallende bevinding was dat de hoogte van de financiële prikkel niet van invloed leek op de effectiviteit. Ook maakte het niet uit of de prikkel alleen beschikbaar was voor studenten met een laag inkomen of voor alle studenten. Lintner oppert dat mogelijk andere factoren, zoals de onvervulde financiële behoeften van studenten, een belangrijkere rol spelen.

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De wetenschapper plaatst wel enkele kanttekeningen bij zijn bevindingen. Zo is het aantal geanalyseerde studies relatief beperkt, vooral voor de subgroepanalyses. Ook zijn alle onderzoeken uitgevoerd in ontwikkelde landen met een hoog inkomen, waardoor de resultaten mogelijk niet direct te vertalen zijn naar andere landen. Lintner benadrukt dat vervolgonderzoek nodig is om beter te begrijpen welke factoren de effectiviteit van financiële prikkels beïnvloeden.

Maak het voor veel studenten bereikbaar

Op basis van de resultaten doet Lintner enkele aanbevelingen voor het ontwerpen van effectieve beloningssystemen. Hij stelt dat het beter is om lagere bedragen beschikbaar te stellen die door een groter aantal studenten te behalen zijn, dan hoge beloningen voor slechts enkele topstudenten. Ook adviseert hij om de prestatiedrempels zo te kiezen dat ze voor de meeste studenten haalbaar zijn. Dit kan voorkomen dat studenten gedemotiveerd raken als ze denken geen kans te maken op de beloning.

Lintner ziet zijn onderzoek als een belangrijke stap richting evidence-based beleid op dit gebied. Hij hoopt dat de resultaten beleidsmakers en onderwijsinstellingen zullen helpen bij het ontwerpen van effectieve beloningssystemen. Tegelijkertijd benadrukt hij dat er nog veel vragen onbeantwoord blijven. Zo is meer onderzoek nodig naar de langetermijneffecten van financiële prikkels, bijvoorbeeld op het afronden van de studie. Ook is het belangrijk om de kosteneffectiviteit van zulke systemen in kaart te brengen.

De resultaten suggereren dat goed ontworpen financiële prikkels een nuttig instrument kunnen zijn. Tegelijkertijd waarschuwt Lintner voor onbedoelde neveneffecten, zoals het vergroten van ongelijkheid tussen studenten. Zorgvuldig ontwerp en continue evaluatie blijven daarom cruciaal bij het implementeren van zulke bekostigingsinstrumenten. Ook lijkt hij nog niet stil te staan bij de administratieve last die dit met zich meebrengt voor instellingen.

UvA wil alleen prikkel voor instellingen

In Nederland gaan er ook geluiden op om een positieve prikkel in te voeren in plaats van een negatieve prikkel, zoals dit kabinet van plan is. Zo wil de financiële directeur van de UvA, Erik Boels, dat instellingen een bonus krijgen bij snelstudeerders en niet zozeer de studenten, zo schrijft hij in het Financieel Dagblad: “Door een hogere bonus voor diploma’s in te voeren binnen de normale studieduur plus één jaar, en de bonus in de jaren erop te verlagen, bijvoorbeeld met 1000 euro.” Zo verkrijgen onderwijsinstellingen volgens Boels de nodige middelen om te investeren in betere studieresultaten.

The post Positieve financiële prestatieprikkels voor studenten bevorderen studiesucces first appeared on ScienceGuide.

Het bericht Positieve financiële prestatieprikkels voor studenten bevorderen studiesucces verscheen eerst op ScienceGuide.

Nieuwe minister wil als eerste de “doorgeschoten internationalisering” aanpakken 

20 June 2024 at 17:20

Het is een nieuwe loot aan de stam van de parlementaire traditie in Nederland: hoorzittingen met beoogd ministers en staatssecretarissen om hen te doorzagen over hun plannen voor hun ministerschap. De twee nieuwe bewindslieden voor het ministerie van OCW, Eppo Bruins en Mariëlle Paul, mochten twee uur lang vragen van de Kamer beantwoorden. Die betroffen de voorgenomen bezuinigingen op wetenschap, de huidige onrust en demonstraties op universiteiten, internationalisering, en de coalitiesamenwerking met de PVV.

Jan Paternotte van D66 wilde weten waarom Bruins in 2010 het CDA had ingeruild voor de CU, en nu voor NSC minister wordt in een kabinet met de PVV. Bruins benadrukte dat hij het CDA destijds niet heeft verlaten vanwege de samenwerking met de PVV, maar vanwege andere zaken die hij nu niet nader noemde. Hij hoopt als minister de rechtsstaat te bewaken, ook in een coalitie met de PVV, zei Bruins.

“Als minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap zal ik vanuit de rechtsstaat de vrijheid van onderwijs bewaken, de academische vrijheid en de persvrijheid. Daar sta ik voor en daar wijk ik geen millimeter in. Ik heb er alle vertrouwen in dat dat gaat gebeuren, want we hebben een hoofdlijnenakkoord gesloten. Dat akkoord, daar houden we ons allemaal aan. Dat hebben we met elkaar afgesproken.” 

Het ligt voor de hand dat instellingen een hogere bijdrage aan studenten vragen 

Laurens Dassen van VOLT benadrukte, net als Lisa Westerveld van GroenLinks-PvdA, dat de mentale druk onder jongeren toeneemt en de invoering van de langstudeerboete daarom verwonderlijk is. Volgens Bruins is deze maatregel echter verdedigbaar. “De huidige bekostiging is ook voor nominaal plus één jaar. Als je een éénjarige master hebt, kun je daar dus twee jaar over doen. Als je een driejarige bachelor hebt, kun je daar vier jaar over doen. Dat verandert niet. Als het langer wordt dan dat, dan wordt de bijdrage aan de instelling lager. Dan ligt het voor de hand dat de instelling inderdaad een hogere bijdrage aan de student zal vragen”, zo zette hij de systematiek uiteen. 

Daarmee is het Nederlands hoger onderwijs nog steeds relatief goedkoop, benadrukte de aanstaande OCW-minister. Daarnaast ligt er ook een verantwoordelijkheid bij instellingen, vindt hij. “Om ervoor te zorgen dat studenten op een goede manier, in een redelijke termijn, een diploma kunnen halen. Ik vind dat op zich een te verdedigen maatregel. Hij staat in het Hoofdlijnenakkoord, dus ik ga hem uitvoeren.” 

Toch probeerde Paternotte het debat reeds open te breken door te vragen of de beoogd minister niet open zou staan voor een andere invulling van deze bezuiniging. “Ik begrijp de heer Paternotte, en ik hoor hem”, zo zei Bruins. “Bij de basisbeurs zijn er ook allerlei uitzonderingen gemaakt. Er zijn allerlei manieren waarop je naar deze materie kunt kijken. Ik ga daar diep in duiken, samen met de voortreffelijke ambtenaren van OCW, en we zullen met allerlei scenario’s en met een uitwerking komen.” 

Doorgeschoten internationalisering aanpakken 

Op de vraag vanuit de PVV-fractie wat Bruins’ eerste prioriteiten worden, noemde hij de Wet Internationalisering in Balans. Deze wet, gemaakt door D66-voorganger Robbert Dijkgraaf maar een geesteskind van NSC-voorman Pieter Omtzigt, wil hij gaan uitvoeren. “Ik wil eerst de doorgeschoten internationalisering aanpakken, om te kijken hoe we de enorme druk op universiteiten en hogescholen wat kunnen verminderen”, aldus Bruins. 

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.

“Ongeveer een kwart van de studenten komt uit het buitenland, en daarvan komt driekwart uit de Europese Economische Ruimte. Dat geeft een enorme druk op het systeem, op docenten, en op de rijksbegroting. Daar moeten we mee aan de slag”, zei de aanstaande NSC-minister. “De huidige demissionaire minister heeft daarvoor een wetsvoorstel ingediend. Ik ga daarmee door, want Nederlands als taal in het onderwijs is een van de weinige knoppen waar je aan kunt draaien als je daar iets mee wilt.” 

Bruins wil oog houden voor kleine studies die dreigen te verdwijnen 

Het tweede waarmee hij aan de slag zal gaan, is capaciteitsbekostiging, zo zegde Bruins de Kamer toe. “Dat is ook bedoeld om de hoge druk weg te halen, om meer stabiliteit in de financiering te krijgen van het onderwijs. Ook om ervoor te zorgen dat we oog houden voor kleine studies die dreigen te verdwijnen, of voor de opleidingen die leiden tot banen waar een groot tekort aan is. Zodat ook in de regio die opleidingen blijven bestaan.” 

Daarnaast wil hij door met de inmiddels befaamde waaier van zijn voorganger. “Zodat we vakmensen echt in hun kracht kunnen zetten en de waardering en erkenning kunnen geven aan de mensen die Nederland draaiende houden. Daar hebben we er veel meer van nodig.” 

Geen plek voor jou 

Het komende kabinet is van plan fors te bezuinigen op de wetenschap. Bij VOLT en D66 zijn hierover grote zorgen; dit zal vooral jonge wetenschappers treffen, betoogden zij. Bruins probeerde die zorgen enigszins weg te nemen. Volgens hem is er te veel instroom in de wetenschap, zo legde hij D66-Kamerlid Jan Paternotte uit.  

“We hebben in Nederland weinig oog voor hoeveel instroom en uitstroom er is en of er daartussen genoeg middelen zijn voor wetenschappers om een serieuze carrière op te bouwen. We moeten ervoor zorgen dat we niet meer instroom hebben dan het systeem aan kan, zodat je niet pas laat ontdekt dat er eigenlijk geen plek is voor jou in het wetenschappelijk systeem, en dat er niet genoeg geld is om een onderzoeksgroep op te bouwen.” 

Hij gaf daarbij wel alvast de winstwaarschuwing dat hij zich te houden heeft aan de bezuinigingen uit het hoofdlijnenakkoord, maar dat hij niettemin met deze analyse aan de slag wil. “Zodat wetenschappers een eerlijke kans krijgen.” 

Bruins zonder schroom en zonder angst 

Een ander actueel onderwerp rondom het hoger onderwijs zijn de pro-Palestijnse protesten . Volgens de woordvoerder van de BBB, Claudia van Zanten, is het optreden van Dijkgraaf op dit dossier te slap. Zij wilde van Bruins weten wat hij anders gaat doen. De nieuwe NSC-minister, fervent Israël-liefhebber, stelde drie uitgangspunten voor. “De eerste is dat Joodse studenten en Israëlische studenten veilig naar de campus moeten kunnen gaan, zonder schroom en zonder angst. Dat moeten we als samenleving nastreven. Dat geldt niet alleen voor Joodse en Israëlische studenten, maar voor alle studenten.” 

Het tweede punt ging over de academische vrijheid. “De rectores van de universiteiten hebben gezegd dat zij staan voor de academische vrijheid. Ik wil als minister hen daarin ondersteunen. De academische vrijheid is vastgelegd op Europees niveau en stelt dat kunstenaars en wetenschappers vrij zijn om samen te werken met wie ze willen. Die vrijheid willen wij onze wetenschappers en kunstenaars geven.” 

Daarnaast is volgens Bruins “iedereen vrij om te demonstreren en slogans te roepen binnen de kaders van de rechtsstaat. Wat niet kan, is dat we met onze handen aan de spullen van anderen gaan zitten of de boel gaan vernielen. Dat is de grens die we trekken.” 

The post Nieuwe minister wil als eerste de “doorgeschoten internationalisering” aanpakken  first appeared on ScienceGuide.

Het bericht Nieuwe minister wil als eerste de “doorgeschoten internationalisering” aanpakken  verscheen eerst op ScienceGuide.

NSC vindt langstudeerboete “een van de meer redelijke” maatregelen 

13 June 2024 at 11:19

Tijdens een debat in de Tweede Kamer over studentenwelzijn ging het grotendeels over de maatregelen van het aanstaande kabinet, dat fors bezuinigt op het hoger onderwijs. In het bijzonder werd stilgestaan bij de langstudeerboete. Studenten die langer dan een jaar uitlopen, moeten daardoor 3.000 euro extra collegegeld betalen.  

NSC-Kamerlid Rosanne Hertzberger (NSC) verdedigde de langstudeerboete door te wijzen op de financiering van het hoger onderwijs en de bekostiging van studenten in andere landen, en koos daarnaast de aanval. Eén specifieke maatregel kan volgens haar niet de oorzaak kan zijn van de crisis in het mentale welzijn onder studenten. “Mensen die dat stellen, vertrouw ik niet”, aldus Hertzberger. 

Je hele leven word je gebeld, alleen niet in het hoger onderwijs 

Om het studentenwelzijn te verbeteren, vroegen D66 en NSC aandacht voor de nazorg van studenten die uitvallen. “Je hele leven, van de basisschool, middelbare school, je werk of als je ooit in een verzorgingshuis komt en je niet komt opdagen, wordt er even gekeken waar iemand is en wordt er gebeld. Alleen als je student bent op een hogeschool of universiteit gebeurt dat niet”, zei Jan Paternotte van D66. “Het gekke is dat we ons druk maken om mentaal welzijn in het hoger onderwijs, maar dat nou juist daar dat belletje niet even gepleegd wordt om te kijken waar iemand is.” 

Ook Hertzberger vroeg wat er gebeurt als een student zich bijvoorbeeld in het derde jaar uitschrijft. “De vraag is of we van instellingen kunnen vragen om in dat soort gevallen zo’n student toch even na te bellen. Of in ieder geval op te merken dat een student die soms al drie jaar aan die instelling studeert, zich niet opnieuw heeft ingeschreven en dus de laatste fase niet afrondt.” 

Minister Dijkgraaf zei dit eigenlijk ook raar te vinden en zal dit meenemen in gesprekken met de sector. “Ik sta zeer sympathiek tegenover deze boodschap, omdat het inderdaad belangrijk is dat mensen oog houden op studenten. Zeker omdat dat een kwetsbare fase van je leven is.” Het hoger onderwijs kent geen aanwezigheidsplicht, dus de band tussen instellingen en studenten is al iets minder strak, zei de minister. “Juist daarom is het wel belangrijk dat er naar studenten wordt omgekeken – ook als ze niet verschijnen.” 

Toen groot applaus voor Omtzigt, nu dit 

Daarna was het gedaan met de overeenstemming en ontstond een fel debat over de maatregelen van het nieuwe kabinet. Die zullen het studentenwelzijn alleen maar verder verslechteren, stelden oppositiepartijen. “Vorig jaar zei Pieter Omtzigt bij College Tour, in een zaal vol studenten, dat we milder moesten zijn voor studenten. Dit verhaal kreeg een groot applaus. Kijk ik naar wat er nu gebeurt, dan gaat in september de basisbeurs dalen, staat er in het onderhandelaarsakkoord geen extra woord over studentenhuizen, en krijgen studenten als klap op de vuurpijl ook nog die langstudeerboete”, Zo wierp D66-Kamerlid Jan Paternotte NSC voor de voeten. “Die boete stond echt in niemands verkiezingsprogramma. Hoe gaat dat nu bijdragen aan het welzijn van studenten?” 

De hoge kosten maakt een langstudeerder volgens NSC niet zozeer door deze nieuwe boete, probeerde Hertzberger te weerleggen. “Ten eerste zien we dat de financiële stress vooral komt door het wegvallen van de basisbeurs na de nominale studeertijd. Als je een vierjarige studie doet, dan stopt de basisbeurs en de aanvullende beurs voor de studenten met de grootste financiële stress direct. Dat is de grote klapper. Dan ga je er vijf tot zevenduizend euro op achteruit.”  

Langstudeerboete redelijk, gezien internationale situatie 

Bovendien, zo stelde Hertzberger is Nederland uniek in het blijven bekostigen van studenten als die lang uitlopen met hun studie. “Wij zijn een van de weinige landen in de wereld waar de overheid die opleidingsplekken blijft bekostigen. In dit geval hebben wij besloten dat je een jaar kunt uitlopen; daarna gaat het collegegeld omhoog. We denken dat dit redelijk is, ook gezien de internationale situatie.” 

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

De wekelijkse nieuwsbrief is nog korte tijd gratis te ontvangen. De voorwaarden vindt u hier.

De oppositie bleef echter hameren op het feit dat NSC enerzijds zorgen heeft over het studentenwelzijn, maar tegelijkertijd deze maatregel invoert die juist kwetsbare groepen treft. “We weten dat die langstudeerboete vooral studenten treft van wie de ouders niet het geld hebben om bij te springen”, betoogde Paternotte. “En het zijn nu vaak ook nog studenten die voor het eerst studeren, en die er dus vaak wat langer over moeten doen. Dus toch mijn vraag is: u zegt dat we milder moeten zijn voor studenten. Hoe gaat die langstudeerboete daar nou aan bijdragen? Gaat dat niet juist een enorme druk geven?” 

Langstudeerboete is te rechtvaardigen 

Ook de confessionele partijen CDA en de ChristenUnie wezen op de onbarmhartigheid van deze maatregel, die het CDA overigens in 2010 zelf ook introduceerde in het eerste kabinet-Rutte. NSC-woordvoerder Hertzberger bleef erbij dat zij de langstudeerboete een redelijke maatregel vindt. “Laat ik het zo zeggen: op de grijsschaal van redelijk versus onredelijk, vind ik dit een van de meer redelijke maatregelen. Dit is ook een vervelende, maar in ieder geval voor mezelf wel zeker te rechtvaardigen.” 

Uiteindelijk bleek NSC niet helemaal doof voor de kritiek en wacht de partij op tegenvoorstellen vanuit de Kamer. “Elk goed initiatief vanuit de Kamer zullen wij op inhoud beoordelen als die ook is voorzien van een eventuele dekking”, zei Hertzberger toe. “Ik stel ook voor om heel even af te wachten hoe dit alles invulling gaat krijgen door een nieuwe regering met een nieuwe minister.” 

Meer studentenkamers door afname internationale studenten 

De langstudeerboete zal bovendien de woningnood onder studenten lenigen, betoogde Hertzberger.. Die woningnood is daarnaast een reden waarom de instroom van internationale studenten een halt wordt toegeroepen, aldus NSC. “We zien ook dat op dit moment veel thuiswonende studenten tegen hun zin thuis wonen, terwijl er altijd wel ruimte wordt gemaakt voor internationale studenten. Internationale studenten zijn welkom, maar het volledig inrichten van het systeem op het aantrekken van een zo groot mogelijke stroom studiemigranten, dat gaan wij een halt toeroepen.” 

The post NSC vindt langstudeerboete “een van de meer redelijke” maatregelen  first appeared on ScienceGuide.

Het bericht NSC vindt langstudeerboete “een van de meer redelijke” maatregelen  verscheen eerst op ScienceGuide.

PVV voorspelt einde aan activisme en ‘woke’ in hoger onderwijs 

11 June 2024 at 09:58

Waarschijnlijk een van de laatste onderwijsdebatten van dit demissionaire kabinet betrof de verantwoording over de begroting voor 2023. Hoewel zo’n debat draait om de vraag of de publieke middelen goed besteed zijn, hadden weinig partijen belangstelling voor het antwoord. Meer aandacht ging uit naar het onderwijs- en onderzoeksbeleid van de nieuwe coalitie. Ook de pro-Palestijnse protesten op universiteiten en hogescholen kwamen weer uitgebreid ter sprake. 

De tijd van politiek activisme in de collegezaal is voorbij 

Volgens Reinder Blaauw, hoger-onderwijswoordvoerder van de PVV, zal het nieuwe coalitieakkoord de zon weer doen schijnen in het hoger onderwijs. “Het onderwijs verkeert in een staat van verval. Te vaak lag de focus op kansengelijkheid in plaats van kwaliteit. Te lang is de activistische ‘woke’-cultuur dominant geweest in de collegezalen en onderwijsinstellingen. Te vaak ging politiek activisme boven wetenschappelijke integriteit. Die tijd is gelukkig voorbij. Dit akkoord biedt de mogelijkheid om samen met onderwijsinstellingen het roer om te gooien. Weg van het huidige ineffectieve beleid en naar een Nederlands onderwijsstelsel waar de zon weer schijnt”, oreerde hij. 

Bij inschrijving ga je akkoord met onze privacy-voorwaarden. Deze voorwaarden zijn hier te lezen.

“Hoe maken curricula over kritische rassentheorieën, dekolonisatie, feminisme en global justice onze studenten tot betere analytische denkers?”, zo was de alumnus van de Hanzehogeschool zelf verstoken van een antwoord. “In de tussentijd hebben we te maken met een schrikbarend hoog percentage studenten en docenten die op universiteiten bezweerd worden door het ‘woke’ gedachtegoed. Eerst nog enigszins onschuldig” – maar inmiddels worden volgens Blaauw Israëlische studenten aangevallen en bedreigd. 

Politiek activisme of degelijk onderwijs? 

De bezuinigingen van bijna een miljard euro op het hoger onderwijs kunnen daarom als een frisse herbezinning worden gezien, betoogde de Groningse PVV’er. “Er zal zo’n 970 miljoen euro worden gekort op het hoger onderwijs. Alleen zo biedt het de onderwijsinstellingen een mogelijkheid om hun prioriteiten te heroverwegen. Willen onze onderwijsinstellingen politiek activisme op het menu, of degelijk onderwijs en degelijk onderzoek?” 

Alle andere partijen, zowel uit de coalitie als de oppositie, lieten de tirade van de PVV zonder reactie aan zich voorbijgaan. D66, die de grootste investeringen in onderwijs in het verkiezingsprogramma had staan, ziet wel met lede ogen aan hoe er fors wordt bezuinigd op het hoger onderwijs, zei onderwijswoordvoerder Ilana Rooderkerk. De langstudeerboete is volgens haar zo’n slechte bezuiniging. “Dat vind ik echt een heel slecht idee. De langstudeerboete gaat studenten ontzettend veel stress opleveren in een tijd dat het al heel slecht gesteld is met het mentaal welzijn.” 

De rest zit met een gigantische extra schuld 

Daarnaast hamerde D66 op de onrechtvaardigheid van deze boete op langer studeren. “Studenten met rijke ouders kunnen straks wel iets naast hun studie doen. De rest zit met een gigantische extra schuld. Afgelopen vrijdag las ik de adviezen van ambtenaren. Zij zeggen over de maatregelen dat het niet uitvoerbaar is in 2026 en dat de opbrengsten onzeker zijn. Kan de minister hierop ingaan?” 

De minister herhaalde wat zijn ambtenaren al eerder hadden vastgesteld: een wetswijziging duurt gemiddeld twee jaar, en het aanpassen van de systemen van DUO kost ook zo’n negen maanden kost. Gezien de gemiddelde doorlooptijd van wetten zal invoering van de langstudeerboete per 2026 dus heel krap worden. 

Sociale veiligheid wordt te pas en te onpas gebruikt 

VVD’er Claire Martens-America greep het debat over de begrotingsverantwoording aan om nogmaals de gevoelens van onveiligheid onder Joodse studenten aan de kaak te stellen. Volgens Martens-America zijn er Joodse studenten die “door hagen van schreeuwende demonstranten moeten, die roepen dat er voor hen geen plek is op de universiteit.” Volgens de VVD’er zijn er ook docenten die dit roepen, “waarvan we vervolgens verwachten dat ze niemand uitsluiten. En dat op instellingen waar het begrip ‘sociale veiligheid’ te pas en te onpas wordt gebruikt, safe spaces worden ingericht als het even tegenzit of je niet jezelf kunt zijn.” 

Instellingen waarvan iedereen onder de vlag van inclusie deel zou moeten kunnen uitmaken, veranderen nu in exclusieve instellingen waar iedereen de juiste mening moet hebben, beweerde de VVD’er. “Het is deze dubbele moraal die ik heel pijnlijk vind.”  

Wie is hier eindverantwoordelijk voor? 

Martens-America zei verhalen te kennen van Joodse studenten die momenteel genegeerd worden in groepsapps en geen onderwijs volgen vanwege hun afkomst. De VVD, die eerder nog mordicus tegen het bijhouden van nationaliteit en afkomst was toen dit onderdeel vormde van het diversiteitsplan van voormalig minister Van Engelshoven, wil daarom van de minister een periodiek overzicht krijgen van incidenten rondom Joodse studenten en de manier waarop instellingen daarmee omgaan. Martens-America diende daartoe een motie in. Volgens het VVD-Kamerlid moet duidelijk zijn wie eindverantwoordelijk is voor de veiligheid van Joodse studenten: de minister of de bestuurders van onderwijsinstellingen. 

De minister liet alvast weten dat het niet zijn verantwoordelijkheid is om elk incident te rapporteren aan de Kamer. “Het rapporteren van incidenten per instelling is niet hoe we sturen op het stelselniveau. Ik wil de Kamer periodiek informeren op het stelselniveau, dus niet per instelling en per incident. Zeker naar aanleiding van wat er op dit moment allemaal gaande is”, voegde hij daaraan toe. 

In Trouw een heel bemoedigend stuk gelezen 

Volgens Martens-America zijn er ook positieve ontwikkelingen op dit dossier. Zo was er dit weekend het statement van de gezamenlijke rectores dat Nederlandse universiteiten geen banden zullen verbreken met Israëlische instellingen. “Ik heb afgelopen zaterdag in Trouw een heel bemoedigend stuk gelezen vanuit verschillende universiteiten, waarin zij schrijven dat gesprekken tussen instellingen en wetenschappers over pijnlijke onderwerpen vragen om wederkerige erkenning en het belang daarvan. Maar ik weet ook dat vandaag de dag heel veel universiteitsbesturen, onder druk van zeer vocale, kleine groepen, moeite hebben om hun deuren open te houden en dit gesprek ook te laten plaatsvinden.” 

Verschillende instellingen zijn momenteel bezig met het vormen van ethische commissies om de kaders voor samenwerkingen met instellingen uit andere landen te herzien. “Ik vind het vreemd dat de focus daar blijkt te liggen bij één situatie in de wereld, namelijk Gaza en Israël”, zei Martens-America. Universiteiten hebben overigens expliciet aangegeven dat het kader juist niet op één land of situatie is gericht, maar breder toepasbaar moet zijn. Martens-America eiste middels een ingediende motie nog van de minister dat hij vooraf zou regelen dat deze commissies divers en gebalanceerd genoeg zouden zijn. 

De academische vrijheid wordt niet bewaakt door de politie 

“De academische vrijheid, ook in dit delicate proces, weegt zwaar”, zei de minister in de appreciatie van deze motie. “Het is een vrijheid die niet bewaakt wordt door de politie, maar bewaakt wordt door de academische gemeenschap zelf. Ik vind dat we ons op glad ijs begeven als we delen van deze bewaking aan de minister toekennen. Ik vind het voor de hand liggen dat instellingen de door mij gegeven uitgangspunten ook betrekken bij de samenstelling en de invulling van hun ethische commissies. Hoe ze dat doen, blijft in mijn ogen een eigen verantwoordelijkheid voor de instelling.” 

Het criminele regime van Netanyahu 

DENK-Kamerlid Doğukan Ergin redeneerde vanaf de andere kant van het politieke spectrum en sprak zijn waardering uit voor de demonstrerende studenten. “Op veel hogescholen en universiteiten staan studenten op tegen onrecht en de moordpartijen in Palestina. De boodschap van Nederlandse studenten is heel helder: verbreek alle banden met Israëlische onderwijsinstellingen. Exact hetgeen we ook deden bij Rusland, toen zij Oekraïne binnenvielen. De universiteiten in Israël zijn een propagandakanaal van het criminele regime van Netanyahu. Deze universiteiten hebben nauwe banden met de oorlogsindustrie van Israël, en deze universiteiten zijn onderdeel van bezetting, onderdrukking en apartheid.” 

Ergin diende daarom een motie in die de minister de opdracht zou geven om universiteiten en hogescholen te verzoeken alle banden met Israëlische instellingen te verbreken. Deze motie kon niet op instemming van de minister rekenen, die zijn eerdere standpunt herhaalde. “Het is aan de instellingen zelf om hun samenwerkingen tegen het licht te houden naar aanleiding van alle geopolitieke verschuivingen. Ik vind het niet wenselijk om op voorhand institutionele of persoonlijke samenwerkingen met een bepaald land uit te sluiten of op te schorten. Ik verwacht dat de instellingen hun samenwerkingen zorgvuldig en neutraal wegen op basis van de inhoud.” 

The post PVV voorspelt einde aan activisme en ‘woke’ in hoger onderwijs  first appeared on ScienceGuide.

Het bericht PVV voorspelt einde aan activisme en ‘woke’ in hoger onderwijs  verscheen eerst op ScienceGuide.

❌
❌